Lidstaten stemmen in met limiet aan transvetten in levensmiddelen
De EU-lidstaten hebben ingestemd met een voorstel van de Europese Commissie om transvetten in levensmiddelen te beperken. De Europese Commissie heeft voorgesteld het gebruik aan transvetten in levensmiddelen, andere dan transvetten van nature voorkomend in vetten van dierlijke oorsprong, te beperken tot maximaal 2 gram per 100 gram vet.
Transvetten komen van nature voor in bepaalde dierlijke producten of ze ontstaan bij het industrieel gedeeltelijk harden van vetten. Industriële transvetten zitten onder andere in pizza en snacks. Transvetten zijn schadelijk voor de gezondheid. Een hoge inname van transvetten verhoogt het risico op hart- en vaatziekten aanzienlijk.
Eind 2015 heeft de Europese Commissie een rapport gepubliceerd, waarin al werd geconcludeerd dat een wettelijke limiet voor industriële transvetten de meest effectieve maatregel is om de volksgezondheid te beschermen. Op verzoek van de Europese Commissie heeft de EFSA afgelopen jaar nog eens gekeken naar transvetten en concludeerde dat de inname van transvetzuren zo laag mogelijk moet zijn.
De Europese Commissie heeft daarom voorgesteld transvetten toe te voegen aan bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1925/2006 betreffende de toevoeging van vitaminen en mineralen en bepaalde andere stoffen aan levensmiddelen. Hierin staan stoffen waarvan het gebruik in levensmiddelen is verboden, aan beperking is onderworpen of die door de Gemeenschap worden onderzocht.
De toevoeging van transvetten aan levensmiddelen mag alleen worden toegelaten onder de voorwaarden die in die bijlage worden opgenomen. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die levensmiddelen aan andere exploitanten (B2B) leveren en niet rechtstreeks aan de consument of retail worden verplicht om informatie over de hoeveelheid industriële transvetten te verstrekken als er meer dan 2 gram per 100 gram vet in zit. Om exploitanten van levensmiddelenbedrijven de kans geven zich aan de nieuwe wetgeving aan te passen, zullen er overgangsmaatregelen worden ingesteld.
Het Europees Parlement en de Raad hebben nu nog twee maanden de tijd om kritisch naar het voorstel te kijken, waarna het officieel kan worden aangenomen.